Biologisch Medisch Centrum Epe        Arts Paul van Meerendonk
HINTS voor de behandeling van CVS

Deze site is opgericht door een zeer tevreden cliënt van het Biologisch Medisch Centrum

Biologisch Medisch Centrum
HINTS
ATP energie
Behandeling CVS/ME
Dr Myhill
Dr Teitelbaum
Dr Meirleir
Dr Cheney
Dr Chia
Arts Paul van Meerendonk

ADP-ATP efficiency
Mitochondrial dysfunction
Cvs en fibromyalgie
Virus en DNA
Virussen en immuunsysteem
Zware metalen

Cadmium
CVS ME aantoonbaar
CVS legitiem
esme
Research direction

Glutathion
Carnitine
D-ribose
Vitamine B12
Vitamine D
Nac
FIR
EPD Desensibilisatie
Oxymatrine
Gc MAF
CT
Meetresultaten 1

Meetresultaten 2
Meetresultaten 3
Meetresultaten 4


 

Loading

HINTS voor de behandeling van CVS

 

Lezing 9 november 2005

 

 

Chronisch vermoeidheidssyndroom  (CVS) is een aandoening, waarvan de oorzaak tot nu toe niet eenduidig is vastgesteld. Waarschijnlijk is er ook niet één oorzaak aan te wijzen en moeten we de CVS-patiënten in subtypes indelen. De belangrijkste klachten kunnen kort samengevat worden: vermoeidheid, pijn, mist in het hoofd en slaapstoornissen. Een zelfde klachtenpatroon kan waarschijnlijk door  verschillende oorzaken ontstaan. Het kan acuut optreden na een infectie , trauma of zwangerschap, maar ook geleidelijk ontstaan.

In deze lezing wil ik ingaan op de multifactoriële behandeling, die door de Amerikaanse internist Jacob Teitelbaum is ontwikkeld en onderzocht.

Twee studies, waarvan één dubbelblind, placebo-gecontroleerd en gerandomiseerd, tonen een overduidelijk effect van zijn behandeling: circa 80% van de CVS-patiënten, die met zijn protocol behandeld wordt, toont een duidelijke verbetering of volledig herstel.

 

Volgens Teitelbaum spelen bij dit ziektebeeld 5 factoren een cruciale rol. Deze zijn samen te vatten met de term HINTS:

 

H         hormonaal

I          infecties, immuundysfunctie en intoleranties

N         nutritionele factoren

T         toxische factoren

S          slaapstoornissen

 

Teitelbaum beweert, dat een dysfunctioneren van de hypothalamus veel van de klachten van CVS verklaart. De hypothalamus is een klein regelorgaan in de hersenen dat de volgende functies heeft:

  1. Aansturing van het hormonale systeem
  2. Regeling van de slaap
  3. Temperatuurregeling
  4. Regeling van het autonome=onwillekeurige zenuwstelsel (belangrijk bij de regeling van het hartritme, de darmcontracties en fight or flight reacties)

Dit kleine, maar zeer belangrijke orgaan, verbruikt veel energie en heeft daarom een  grote concentratie van mitochondriën, de energiefabriekjes, waar de universele brandstof ATP wordt aangemaakt. Mitochondriale dysfunctie ligt waarschijnlijk aan de basis van het dysfunctioneren van de hypothalamus en in meer algemene zin aan de basis van het hele ziektebeeld. Myhill c.s. toonden dit in een recente studie (2009) aan. Sinds kort kan de mitochondriale functie via een Engels laboratorium in beeld gebracht worden. Dit is de eerste test, die de vermoeidheidsklachten objectiveert.

 

Je kunt de hypothalamus beschouwen als een zekering, die door verscheidene oorzaken kan doorbranden.

Infecties, slaapstoornissen, chronische psychische of fysieke stress, belasting met zware metalen, e.d. kunnen de hypothalamus beschadigen en leiden tot complexe ziektebeelden, zoals CVS en fibromyalgie.

Net zoals dat het geval is bij het doorbranden van een zekering, heeft ook het “uitvallen” van de hypothalamus een beschermfunctie. Het is een duidelijk alarmsignaal, dat het lichaam in een lagere versnelling zet.

Het ziektebeeld is dus niet de vijand, maar beschermt het lichaam juist tegen verdere beschadiging. Het alsmaar negeren van vermoeidheid bij een te hoge werkbelasting en het negeren van gevoelens van onvrede in een ziekmakende relatie of ziekmakende werkatmosfeer kunnen een aanzet zijn tot het doorbranden van deze zekering in de hersenen.

 

De HINTS kunnen ons leiden naar herkenning en behandeling van de oorzakelijke factoren van CVS.

 

1. HORMONALE FACTOREN

 

Veel patiënten met CVS hebben klachten, die passen bij het dysfunctioneren van het hormonale systeem. Er kunnen o.a. tekorten optreden van de bijnierschorshormonen cortisol, DHEA en aldosteron, de schildklierhormonen, de geslachtshormonen en het groeihormoon.

 

Hoe herken je deze tekorten?

 

Het bijnierschorshormoon cortisol heeft een belangrijke functie bij de regeling van het immuunsysteem, bloeddruk, bloedsuikers en stressreacties. Relatieve of absolute tekorten ervan leiden tot de volgende klachten:

  1. Hypoglycemie: trillerigheid, zwaktegevoel, vermoeidheid, duizelingen, angsten en behoefte aan zoetigheid. Dit treedt op als het glucose in het bloed o.i.v een tekort aan cortisol te ver zakt. De klachten verdwijnen door te eten.
  2. Duizelingen bij opstaan en een te lage bloeddruk
  3. Een verhoogde gevoeligheid voor stress, bijvoorbeeld een schrikreactie, die lang voortduurt of onverklaarbare angsten.
  4. Een verhoogde gevoeligheid voor infecties, bevattelijk zijn voor griepjes, snel keelpijn

Ook een tekort aan aldosteron, dat een belangrijke rol speelt bij de vochthuishouding, kan leiden tot duizeligheid bij opstaan en een lage bloeddruk.

 

De schildklierhormonen T4 en T3 spelen een belangrijke rol bij de warmtehuishouding en het stimuleren van de stofwisseling. Relatieve of absolute tekorten hiervan leiden tot o.a. de volgende klachten:

  1. Kouwelijkheid, kou slecht verdragen, je beter voelen in de warmte
  2. Makkelijk aankomen in gewicht
  3. Constipatie
  4. Spierpijnen en spierkrampen
  5. Neiging tot somberheid
  6. Droge huid, dun haar, haaruitval, makkelijk brekende nagels
  7. Menstruatieklachten

 

Een toename van klachten van vermoeidheid en pijn voorafgaande aan de menstruatie kan wijzen op tekorten van de vrouwelijke hormonen, oestrogenen en progesteron.

Oestrogeentekort kan ook leiden tot een vermindering van libido en depressie.

Testosterontekort, zowel bij mannen als bij vrouwen, kan leiden tot angsten, een verminderde stressbestendigheid, subassertiviteit, verminderd libido, spierzwakte en spierpijn.

Een tekort aan het hypofysehormoon groeihormoon kan ook leiden tot spierpijn en vermoeidheid. Groeihormoon wordt aangemaakt in de diepe slaap. Een verstoorde slaap kan dus tot een groeihormoontekort leiden.

 

Laboratoriumtesten (bloedonderzoek, 24-uurs-urineonderzoek, bijnierstimulatietest) kunnen de betreffende tekorten aantonen.

Behandeling kan bestaan uit aanvulling met fysiologische doses van de betreffende hormonen, gerichte orthomoleculaire en fytotherapeutische ondersteuning, verbetering van de slaap, meditatie- en ontspanningstechnieken, e.d.

 

2. INFECTIES, IMMUUNDYSFUNCTIE, INTOLERANTIES

 

Infecties met virussen, bacteriën, schimmels, gisten en parasieten kunnen een oorzakelijke rol spelen bij het ontstaan van CVS. Deze infecties kunnen echter ook een gevolg zijn van de immuunstoornis, die door factoren, zoals een gestoorde slaap, een verminderde bijnierfunctie en tekorten van voedingsstoffen ontstaat.

Patiënten, waarbij het ziektebeeld acuut is ontstaan met griepachtige verschijnselen, keelpijn, opgezette klieren, malaisegevoel, koorts, buikgriep, hersenvliesontsteking, e.d., blijken vaak last te hebben van een chronische virale infectie of soms een chronische bacteriële infectie. Virussen, die een rol spelen zijn o.a. enterovirussen (bijvoorbeeld Coxsackievirus), Epstein-Barrvirus (Pfeiffervirus), cytomegalievirus en andere herpesvirussen. Regelmatig zijn nog virusdeeltjes te detecteren in het bloed middels een polymerasekettingreactie (PCR), die genetisch materiaal van het virus in het bloed kan aantonen. 

Als het ziektebeeld begint met een episode van hoesten en koorts, moet gedacht worden aan een chronische bacteriële infectie, zoals een infectie met Mycoplasmabacteriën. Ook moet aan chronische bacteriële infecties gedacht worden bij aanhoudende koorts (boven 38.0 gr.C), subfebriele temperaturen (bijvoorbeeld rond de 37.5 gr.C) en aanhoudend hoge bezinking in het bloed.

De ziekte van Lyme is het gevolg van een beet van een teek die besmet is met bepaalde Borreliabacteriën. Deze ziekte begint vaak met een huiduitslag, die ook wel erythema migrans wordt genoemd. De ziekte van Lyme kan erg lijken op CVS en fibromyalgie.

Ook schimmel- en gistinfecties kunnen een rol spelen bij CVS. Deze leiden in het algemeen niet tot acute klachten, maar veel vaker tot klachten, die geleidelijk in ernst toenemen. De klachten kunnen bijvoorbeeld beginnen na één of meerdere antibioticumkuren. Klachten die naar schimmelinfecties verwijzen zijn vaginale afscheiding en jeuk, breiïge ontlasting, diarree, gasvorming, toename van de klachten na antibiotica, suiker, gistrijke voedingsmiddelen, zweertjes in de mond, schimmelinfecties van de huid, e.d.

Parasitaire infecties worden bij een derde tot een kwart van de patiënten met darmklachten aangetroffen in de ontlasting en nog vaker bij patiënten met klachten van diarree.

 

Immuunfunctiestoornissen komen frequent voor bij CVS. In de V.S. wordt CVS ook wel Chronic Fatigue and Immune Dysfunction Syndrome (CFIDS) genoemd. Stoornissen, die gevonden worden zijn o.a. vermindering van de Natural Killercelactiviteit (belangrijk voor de antivirale weerstand) en verstoring in de balans van T-helper-1- en T-helper-2-cellen, die kan leiden tot een vermindering van de afweer tegen virussen, schimmels, gisten en intracellulaire bacteriën, zoals Mycoplasma.

Patiënten met een gestoord afweersysteem zijn gevoeliger voor infecties. Anderzijds kan het zo zijn, dat patiënten met CVS sinds het begin van hun ziekte nooit meer last hebben van griepjes, e.d., terwijl ze daar voor aanvang van ziekte wel last van hadden. Ook kunnen ze bijvoorbeeld opmerken, dat ze nooit meer koorts hebben. Dat kan wijzen op een dysfunctionerend immuunsysteem. Een goede afweer tegen infecties gaat vaak gepaard met een koortsreactie, een nevenverschijnsel van de immuunreactie. Als de afweer ontbreekt, kan het zijn dat infecties gaan sluimeren, en wel een constant gevoel van vermoeidheid geven en/of malaise, maar geen koorts.

Intoleranties en allergieën voor met name voedingsmiddelen kunnen een belangrijke rol spelen bij CVS. Klachten die kunnen wijzen op voedselallergie zijn o.a.: migraine en andere hoofdpijnen, prikkelbare darmsyndroom, eczeem, netelroos, chronische bijholte- en neusklachten, hypoglycemie.

 

Onderzoek van infecties vindt plaats door middel van kweken (slijm, ontlasting, vaginale uitstrijk), triple faecestest (TFT), onderzoek naar antistoffen, immuunfluorescentie en PCR-onderzoek (DNA-onderzoek). Een griepreactie op het homeopathische antivirale middel Crotalus Injeel kan ook een duidelijke aanwijzing zijn voor een bestaande virale infectie.

Onderzoek van het immuunsysteem: bloedonderzoek naar immuuncellen en immuuncelactiviteit

Onderzoek naar intoleranties: eliminatie/provocatiedieet, eventueel Imuprotest naar IgG-reacties.

 

Behandeling van infecties:

Bij chronische virale infecties bereik ik verreweg het meest met het middel Crotalus Injeel in combinatie met ondersteunende antioxydanten, immuunstimulantia en lymfdrainage. Bij een sterk verzwakt immuunsysteem kan het zijn, dat deze middelen niet verdragen worden. In dat geval is het zinvoller om in eerste instantie het immuunsysteem te ondersteunen (zie onder).

Bacteriële infecties reageren vaak goed op colloïdaal zilver, meestal in combinatie met immuunstimulatie. In een klein percentage patiënten is behandeling met reguliere antibiotica (in combinatie met probiotica) noodzakelijk. Bij chronische sinusinfecties is opsporing van een eventueel onderliggende allergie belangrijk. Behandeling met xylitolspray en een spray met colloïdaal zilver kan effectief zijn.

Schimmelinfecties reageren vaak goed op een suikervrij (en eventueel gistvrij) dieet in combinatie met probiotica en natuurlijke antischimmelmiddelen, zoals parozol, olijfbladextract, grapefruitzaadextract, caprylzuur e.d.

Parasitaire infecties reageren i.h.a. snel op gerichte reguliere middelen.

 

Behandeling van immuundysfunctie:

Allereerst is het belangrijk om onderliggende oorzaken, zoals hormoontekorten, voedingstekorten, slaapstoornissen, zware metalenbelasting e.d. aan te pakken.

Een zeer goed effect op het immuunsysteem hebben de volgende middelen:

Isoprinosine, AHCC Immpower, Proboost Thymus Proteine A, Samento Cat’s Claw (TOA vrije cat’s claw) en Arabinox.

 

Behandeling van intoleranties en allergieën: vermijden en/of desensibiliseren (ongevoelig maken), verbetering van het darmmilieu.

 

3. NUTRITIONELE FACTOREN

 

Mede onder invloed van infecties van het darmkanaal, allergieën en intoleranties  treden tekorten van essentiële nutriënten op. Het overmatig gebruik van suiker,  bewerking van het voedsel en gebrekkige variatie, maken de voeding onvolwaardig. Suiker leidt ook tot een verstoring van het darmmilieu (gisting).

Daarnaast is er veelal een verhoogde behoefte aan nutriënten bij dit ziektebeeld..

Belangrijke nutriënten in het kader van CVS zijn o.a.:

  1. Vitamine B12: vaak nog voldoende in het bloed, maar sterk tekort in de hersenen. Ongeveer de helft van de CVS-patiënten reageert gunstig op vitamine B12-injecties heeft meer energie, betere mentale prestaties, betere stemming en minder spierpijn.
  2. Carnitine: belangrijk voor de energie, spieren en hersenen. Acetyl-l-carnitine is de beste vorm van suppletie
  3. Magnesium: meestal bestaat hier een tekort van. Magnesium speelt een rol bij honderden stofwisselingsreacties
  4. Visolie
  5. IJzer
  6. N-acetylcysteine: voorloper van glutathion
  7. Plantaardige spijsverteringsenzymen

Specifieke voedingssupplementen om de ATP-productie te vergroten zijn o.a.

  1. ENADA-NADH 5-20 mg en/of niacinamide
  2. Coenzym Q10 100-400 mg
  3. Acetyl-l-carnitine 1000-2000 mg per dag
  4. Ribose 2-3 maal daags 5 gram

 

4. TOXISCHE FACTOREN

 

Een zeer belangrijke factor bij dit ziektebeeld is de belasting met zware metalen (kwik, cadmium, lood, nikkel, aluminium, e.d.). Belasting vindt plaats via voeding (veel vis kan bijv. tot een kwikbelasting leiden), lucht (tot voor kort lood in de benzine), water, vaccins (in het verleden kwik in vaccins), amalgaamvullingen.

Zware metalen kunnen een ontregelend effect op allerlei enzymatische processen hebben en de stofwisseling verstoren. Kwik heeft een sterk toxisch effect op het zenuwstelsel.

Bovendien kunnen allergische reacties optreden op zware metalen.

Diagnostiek vindt plaats via provocatietesten, waarbij specifieke metaalbinders worden toegediend en bekeken wordt welke en hoeveel zware metalen in de urine worden uitgescheiden. Eventueel kan ook middels een immunologische (Melisa-) test naar metaalallergie worden gekeken. Ook de eerdergenoemde mitochondriale test geeft aanwijzingen voor metaalbelasting.

Behandeling bestaat uit ontgifting met specifieke metaalbinders en zo nodig sanering van het gebit.

 

 

 

 

5. SLAAPSTOORNISSEN

 

Circa. 80% van de CVS-patiënten heeft problemen met inslapen, doorslapen en heeft een te ondiepe slaap. Slaapstoornissen leiden weer tot ontregeling van het hormonale en het immuunsysteem en geven dan de bijbehorende klachten.

Het slaapprobleem is een structureel probleem en wordt waarschijnlijk door een dysfunctie van de hypothalamus en epiphyse veroorzaakt.

Het is belangrijk dat patiënten weer 8-9 uur diep slapen om herstel mogelijk te maken. Dit kan in de meeste gevallen bereikt worden met natuurlijke middelen, bepaalde reguliere middelen of een combinatie hiervan. Benzodiazepines, met uitzondering van Rivotril, moeten daarbij zoveel mogelijk vermeden worden, omdat deze de slaapkwaliteit verslechteren.

Specifieke behandeling is nodig bij Delayed Sleep Phase Syndrome (hoge dosering melatonine 3-5 uur voor het slapen gaan), Restless Legs Syndrome en slaapapneu.